Waar onze jeugdteams zich langzaam gaan opmaken voor de zaalcompetitie waren veel jeugdtrainers woensdagavond 12 oktober aan het stoeien met het groeien als trainer. Jaarlijks worden er kaderavonden georganiseerd waarop het trainersvak onder de loep genomen wordt. Waar leg je als trainer het accent op en welke taal spreken we nou gezamenlijk?
De kaderavond was opgedeeld in twee stukken. Het eerste stuk vond plaats in de oude kantine. Onder het genot van een warme kop koffie of thee werd een uitleg gegeven over de korfbalacties. Acties die, tijdens wedstrijden, waarneembaar zijn voor het publiek zoals: scoren, jezelf vrijspelen, een assist geven en in balbezit blijven na een schot. Deze acties vormen tevens de taal waarin de trainers gaan communiceren. Een identiteit ontwikkelen begint immers bij de visie op korfbal.
Na het theoriedeel gingen alle trainers en begeleiders naar het sportveld om daar in twee groepen aan de slag te gaan. Hier werd een spitsing aangebracht tussen de top- en breedtesport. Bij beide lag het accent op een warming-up volgens differentieel leren. Door variaties aan te brengen waarop onze jeugdspelers iedere keer hun bewegingen moeten aanpassen leren ze sneller. Na de warming-up werd er d.m.v. spelvormen de nadruk gelegd op de korfbalacties. De bewustwording hoe een training o.b.v. de korfbalacties eruit komt te zien stond daarin centraal.
