Coaches met 
Korfbal League-ervaring langs de lijn

Terug naar het nieuwsoverzicht

Heb je gespeeld op het hoogste niveau, dan ben je natuurlijk niet automatisch ook een goede jeugdtrainer. Maar die bagage is altijd mooi meegenomen en jeugdspelers kunnen er veel van leren. Bij de selectieteams in alle leeftijdscategorieën staat iemand met ervaring in de Korfbal League voor de groep.

D1 – Bart-Jan Scheenstra


“Ik sta met veel plezier voor deze groep. Vanaf de D’s kun je echt gericht met de kinderen aan de slag. In de F’jes en E’tjes is het nog wat meer spelen, bij D-pupillen kun je al wat meer verwachtingen uitspreken en verplichtingen meegeven. Al blijft plezier natuurlijk de basis, van ‘moeten’ presteren is geen sprake. Ik zie dat deze groep initiatief toont, met lef korfbalt. Ik doe weinig met vaste patronen, maar zet in op inzicht en het op elkaar anticiperen. Snel spelen, snel handelen en altijd zorgen dat je binnen schotafstand komt. Iedere pass naar een medespeler moet eigenlijk een assist kunnen zijn. Verdedigend spelen we met veel druk op de bal. Dat gaat weleens fout, maar dat is geen probleem. Ik heb liever dat ze een goal tegenkrijgen omdat ze het proberen, dan dat ze niks doen. Ze kunnen nog jarenlang plezier hebben van wat ze nu aan zichzelf verbeteren. Iedereen mag aanvallen, iedereen mag dat schot nemen. Als vak moeten ze elkaar versterken. Dat is soms best hard werken in de coaching, maar als ik zie waar we met een nieuwe groep stonden in juni en wat ze nu kunnen, dan ben ik echt positief verrast. Dat is voor een coach een heerlijke constatering.”

C1 – Gerald Aukes



“Het is prachtig om eens met een jeugdploeg aan de slag te zijn, dat was voor mij dertig jaar geleden. Het is dus ook echt een uitdaging. Toen de vraag vanuit LDODK kwam, ben ik er pas over na gaan denken, maar ik zag het al snel zitten. In de C’s zitten de spelers in een mooie fase van hun ontwikkeling. Daar wil ik, samen met Hessel Waninge, graag aan bijdragen. De benadering van een coach bij deze leeftijdscategorie is natuurlijk heel anders dan bij de senioren op het hoogste niveau, waar ik de afgelopen jaren actief was. Aan de andere kant is het allemaal korfbal en willen ze allemaal beter worden. Mijn rol is het inzichtelijk maken van situaties, zorgen dat ze altijd worden uitgedaagd, ook als het even wat makkelijker gaat. Ik vind het heel belangrijk dat het technisch klopt bij onze spelers en speelsters. Dat is de basis, dat moet goed zijn. Nu kun je daar nog in bijsturen, dus daar zet ik veel op in. En beter worden door lekker veel in wedstrijdvormen te trainen. Lijntjes lopen kan iedereen wel. Ik ben nu een klein halfjaar bezig en ik geniet er echt van. We hebben al mooie dingen meegemaakt en het leuke voor een trainer is, dat je heel snel al verbetering ziet.”

B1 – Marjo de Haan



“Werken aan het ontwikkelen van individuele spelers en het team is voor mij als coach het allerbelangrijkste. Ik loop lang genoeg mee om te weten dat veel ouders graag willen dat hun kind wint en meedoet om het kampioenschap. Maar dat is niet het eerste waar ik naar kijk. Soms is een keer verliezen beter voor de ontwikkeling dan altijd maar winnen. Zoiets kan confronterend zijn, dan beseffen kinderen weer dat er werk aan de winkel is. Net als voor de coaches. Ik ben al jaren jeugdtrainer. Werken met kinderen is geweldig, je ziet op zoveel gebieden de ontwikkeling van heel dichtbij. Technisch, tactisch, maar ook zeker gedragsmatig. Ik zit ook in de technische staf van de eerste selectie, maar daar maak je veel kleinere stapjes. Dan gaat het om details, bij kinderen zie je veel grotere sprongen vooruit. De ervaring van de Korfbal League is echt een meerwaarde. Ik weet wat nodig is om daar te komen, dat plaatje houd ik de kinderen zeker voor. Alleen talent om leuk te korfballen is niet meer genoeg om de top te halen. Daarom is het ook zo waardevol dat we bij LDODK zo ontzettend veel korfbalkennis in de opleiding hebben, met bijvoorbeeld ook een belangrijke rol voor Jan Piepers.”

A1 – Henk Bijker


“Vanuit de A-junioren moeten de spelers en speelsters de stap proberen te maken naar de selectie van de eerste twee seniorenteams. Dat lukt ze niet allemaal, zo realistisch moet je zijn. Maar als we vanuit onze groep iedere zomer twee hebben klaargestoomd voor dat niveau is dat mooi. Onze eerste selectie heeft de afgelopen tien jaar natuurlijk enorme stappen gezet. De stap naar de selectie vanuit de A’s is nog steeds groot. Maar er lopen zeker talenten rond die we de komende jaren in het eerste en tweede terug gaan zien. Ik heb de eerste periode op Leagueniveau als speler meegemaakt, daar doe ik zeker mijn voordeel mee. Ik weet waar ze naartoe moeten. Onze junioren hebben daarbij het geluk dat zij over meer faciliteiten kunnen beschikken dan wij destijds. Krachttraining is enorm belangrijk, dat doen we wekelijks. En we houden alle statistieken bij tijdens wedstrijden. Daarmee kunnen we heel gericht werken aan het verder verbeteren van het individu en het geheel. Er staat een mooie groep, die zeker voor de bovenste plaatsen in de hoofdklasse mee moet doen. Op deze leeftijd mag je zeker ook resultaten eisen en doelen stellen. Aan de andere kant weet je ook hoe grillig het kan zijn. Ze willen heel graag seniorenkorfbal, volwassen korfbal spelen, maar soms is het ook net een stel B-aspiranten en vliegen er tien ballen op rij over de zijlijn. Dat is ook het mooie van juniorenkorfbal. Voor mij als trainer/coach is het heel leerzaam; ik ontwikkel me ook steeds verder.”

Deel dit artikel op: